UITGELICHT! 

Elke week brengen we op deze pagina een item uit onze collectie onder de aandacht. We vertellen iets over de ontwikkeling en de rol die het item speelde in de oorlogsjaren. Wilt u het item eens van dichtbij zien? Klik hier om een toegangskaart te bestellen


WACO Glider

Naast de Horsa glider gebruikt door het Engelse leger heeft ons museum ook een Waco glider in haar collectie. Dit Amerikaans zweefvliegtuig werd vanaf 1942 gebouwd door de Waco Aircraft Company die bijna 14.000 toestellen bouwde voor het Amerikaanse leger. Het toestel werd ontworpen en gebouwd om eenmalig dienst te doen. Het bestond uit een licht buizenframe en multiplex en het werd overspannen met canvas. Het bood plaats aan een piloot, co-piloot en 13 manschappen. Ookk materieel als een jeep of Howitzer of een aanhangwagen met materiaal.  Het inladen van het vliegtuig met materieel kon door de scharnierende cockpit van het vliegtuig omhoog te klappen. Het landingsgestel bestond uit drie kleine, niet-inklapbare wielen: twee aan weerszijden van de romp en een draaibaar staartwiel. Als trekvliegtuig werd meestal de      Dakota C47 gebruikt. Het gebruik van zweefvliegtuigen voor luchtlandingen heeft veel voordelen: de toestellen zijn snel en goedkoop in grote aantallen te maken, de bemanning is snel opgeleid en de inzet is nagenoeg geruisloos zodra de trekkende toestellen zijn losgekoppeld. In ons museum kunt een origineel frame vinden van een WACO. Ook is er een 1:1 model te zien. Deze is gebruikt in de film Saving Private Ryan. 

 


M29 Cargo carrier "Weasel"

De M29 Cargo carrier is een ontwerp van de Engelsman Geoffrey PYke. Dit kleine rupsvoertuig was bedoeld om in Noorwegen troepen en materiaal te kunnen verplaatsen over besneeuwde ondergrond. Dit om de industriële installaties aan te vallen en zo het kernwapenprogramma van de Nazi`s te belemmeren. Echter nog voor het voertuig kon worden ingezet waar het voor ontwikkeld was werden de actie`s in Noorwegen afgeblazen. Echter, vanwege haar mogelijkheid om op zachte en drassige ondergrond te kunnen rijden kreeg carrier een andere taak.

De eerste uitvoeringen kregen de type naam M28 en verschilde op enkele essentiële punten met de M29. De M28 had de motor achterin en voorwiel aandrijving terwijl de M29 juist de motor voorin had en op de achterwielen werd aangedreven met gewijzigde rupsen en andere opstellingen van de wielen. De M29 was licht amfibisch wat wil zeggen dat de door ondiep water kon. De latere versie, M29C kon wel door dieper water echter niet door een wat ruwere zee. In de Pacific werd de M29C ingezet om manschappen te bevoorraden omdat het voertuig gemakkelijk door de ruige natuur kon manoeuvreren en omdat hij vanaf de kust makkelijk landinwaarts kon. 

 

De M29 bewees zich gedurende de slag om St. Lo en later tijdens de slag om de Ardennen en de oversteek van de Roer en Rijn in Duitsland. 


De GMC CCKW met LeRoi compressor

 

De GMC CCKW is een Amerikaanse militaire vrachtwagen van de Tweede Wereldoorlog. De officiële type aanduiding in het Amerikaanse leger is: TRUCK, 2,5 ton, 6x6, GMC CCKW-353 (of 352). De vrachtwagen is ook bekend onder de bijnamen Jimmy en Deuce and a Half, dit laatste is een verwijzing naar het laadvermogen van 2,5 ton.  In de jaren 1941-1945 zijn er door General Motors meer dan 550.000 exemplaren gemaakt. Er bestaan vele varianten, met een lange en korte wielbasis en met een gesloten en open cabine.  De vrachtwagen is tot eind jaren 50 in gebruik geweest in het Amerikaanse leger. De typeaanduiding CCKW is de modelindicatie zoals General Motors in die tijd gebruikte en staat voor:

C staat voor een voertuig ontwikkeld in 1941 

C geeft een conventionele cabine aan

K geeft aan dat alle zes wielen worden aangedreven en

W geeft aan dat beide achterassen worden aangedreven.

 

Vanaf begin 1941 werd de CCKW geïntroduceerd, met als belangrijkste verschil de aandrijflijn. Tot februari 1941 werd deze geleverd door Timken, maar GMC had een eigen versie ontwikkeld en in productie genomen, de zogenaamde Banjo. Timken bleef overigens wel aandrijflijnen leveren maar trucks met deze aandrijflijn kregen een andere type aanduiding. De ontwikkeling van het voertuig stond niet stil en meerdere - kleine - aanpassingen werden gedaan, maar de CCKW aanduiding bleef bestaan. Vanaf het najaar van 1942 werden de dichte bestuurderscabines stap voor stap uit de productie genomen en vervangen door een open cabine met een canvas dak. In het voorjaar van 1943 was deze transformatie compleet. Medio 1943 werd Yellow Truck and Coach gereorganiseerd en de naam werd gewijzigd in General Motors Truck and Coach Division. Van de CCKW vrachtwagen werden meer dan 500.000 exemplaren gebouwd, de meeste als vrachtwagen voor algemeen gebruik, maar ook voor diverse andere toepassingen zoals deze met een compressor. Dit was een LeRoi 105GA model die werd aangedreven door een viercilinder benzinemotor met een cilinderinhoud van 5,2 liter. De compressor kon de luchtdruk opvoeren tot circa 7 bar.  In de opbergruimten naast de compressor lagen de gereedschappen waaronder boren, een cirkel- en een kettingzaag.                                      Deze kwam in 1942 in productie en in totaal zijn er ongeveer 8.200 exemplaren van gemaakt;

 


De Piper Cub L-4

De Amerikaanse vliegtuigbouwer Piper Aircraft ontwierp haar Piper Cub J3 als toestel voor het opleiden van piloten. Het eenmotorige toestel was niet alleen populair als lesvliegtuig maar wist zich ook in de belangstelling van privévliegers. De hoogdekker is het meest bekende lichtgewicht vliegtuig allertijden en Piper Aircraft heeft tussen 1937 en 1947 20.038 toestellen gebouwd. Al snel bleek de J3 ook voor militaire doeleinden bijzonder geschikt en onder de aanduiding L-4 en O-59 en NE-1. De Piper Cub was uitermate geschikt voor verkenningsdoeleinden, transport en werd zelfs, uitgerust met Bazooka`s onder de vleugels,  ingezet voor grondaanvallen. Vanwege het lichte gewicht had het toestel geen lange landingsbaan nodig om  op te stijgen of te landen. De bijnaam voor de militaire Piper Cub werd 'grasshopper' (sprinkhaan). De militaire versies onderscheidden zich van de civiele door de grotere cockpitramen die tot achter de vleugel doorliepen. Ook het dakraam werd vergroot. De Piper Cub constructie, van zowel de romp als de vleugels, bestaat uit een met doek bespannen metalen frame. De vleugels zijn niet vrijdragend en met stijlen bevestigd aan de romp. De twee zitplaatsen bevinden zich achter elkaar (in tandem). Vanwege de zwaartepuntligging moet de piloot bij een solovlucht het vliegtuig besturen vanaf de achterste zitplaats. Standaard werd het toestel uitgerust met een viercilinder boxermotor die afhankelijk van de leverancier tussen de 37 en 90 PK. Wat ruim voldoende was voor een dergelijk ultra licht vliegtuig. Mede door de gebruikte materialen kon dit vliegtuigje voor een verkoopprijs van ongeveer $1000 worden geleverd.

 


Britse 25 ponds Houwitser

 

In de jaren dertig van de vorige eeuw wilde de Britten een vervanger voor hun Ordnance 18 ponds 3,3 inch Houwitser veldgeschut. Dit veel gebruikte geschut in de eerste wereldoorlog was aan vervanging toe. Vanwege financiële problemen koos men er voor om in eerste instantie de vuurmond van de 18 ponder om te bouwen. Toen dat niet mogelijk bleek, heeft men een nieuwe vuurmond ontwikkelt die echter wel op de affuit van de 18 ponder geplaatst kon worden. In vergelijking tot ander veldgeschut in de tweede wereldoorlog vuurde de 25 ponder (25 Lb = 11,5 kg) lichtere granaten af maar had toch een grotere dracht. De vuurmond kon met krombaanvuur maar ook met directe richting worden ingezet.          De voorganger van deze Houwitser in de eerste wereldoorlog had met zijn18 ponds een veel meer vernietigend vuur dan zijn opvolger met de  25 ponds granaten. Dit type was juist ontwikkeld om onderdrukkend vuur te geven in het veld omdat de ervaring leerde dat het vernietigende vuur juist niet werkzaam bleek. Door de snelheid waarmee het vuur controle systeem reageerde en de uitwerking van de granaten zorgde ervoor dat tegenstanders het idee hadden dat de Britten over een automatische 25 ponder beschikte. Voor velen was de 25 ponder een van de allerbeste artilleriestukken uit de tweede wereldoorlog. Het wapen had zijn vuurdoop in 1940 bij de gevechten om Narvik in Noorwegen. De huwitser bleef tot de jaren 60 de belangrijkste vuurmond van het Britse leger. Bij de opleidingseenheden werd het zelfs tot in de jaren 80 gebruikt. Ook de Nederlandse krijgsmacht heeft dit wapen gebruikt. Vanwege het kaliber van 8,76 cm en de toepassing als veldgeschut werd het in Nederland ook wel de 9 veld genoemd. 

 


M45 HB QUATMOUNT

 

Ondanks de overheersing in de lucht door het geallieerde leger moesten zij toch beducht zijn op aanvallen door de Duitse Jabo`s, of wel de jacht bommenwerpers. Om zich te kunnen verdedigen tegen deze aanvallen werd onder andere de M 45 HB Quatmount ontwikkeld. (HB staat voor Heavy Barrel, ofwel zware loop) De M45 was opgebouwd uit vier .50 kaliber Browning machinegeweren welke paarsgewijs op een open, elektrisch aangedreven koepel gemonteerd werden. Vanwege de hoge vuursnelheid kreeg het wapen al snel de bijnaam "meat chopper" en "krautmower. De M45 kon 4x 575 = 2300 kogels per minuut afvuren en was samen met het 37 mm kanon het belangrijkste wapen van de mobiele luchtafweerbataljon`s. Tijdens de oorlog in Europa werden deze bataljons ingezet waarbij zij van onschatbare waarde bleken voor grotere eenheden zoals veldartillerie. Door het afstellen van de lopen van de .50 kon de M45 haar kogels op 1 punt richten tijdens het vuren. Tijdens het gebruik kon het wapen de instellingen veranderen, naar mate de afstand van het vijandelijke doel.  De M45 bleek niet alleen effectief te kunnen zijn als luchtafweer maar werd ook ingezet tijdens operaties op het land. Met name tijdens de slag om de Ardennen en later in Duitsland. Toen in maart 1945 het geallieerde leger zich verzamelde voor een massale aanval na het oversteken van de Rijn bij  Oppenheim wierp de Luftwaffe 248 vliegtuigen in de strijd om eerst de brug over de Rijn te vernietigen voordat er nog meer Amerikanen over de brug trokken. Luchtafweerbataljons uitgerust met de M45 schoten 30% van de aanvalskracht neer en voorkwam zo dat de Luftwaffe de brug kon vernielen. Door het succes wat het wapen behaalde werd het als proef door de Amerikaanse Marine ook gemonteerd op haar vliegdekschepen om aanvallen van Kamikaze piloten te verhinderen. Echter door de hoge snelheden die de Kamikaze bereikten in hun duikvlucht bleek de M45 niet geschikt. Na de oorlog kreeg werd voor het wapen voor infanterie doeleinden gebruikt omdat door de komst van de Jet vliegtuigen het wapen niet meer geschikt bleek.  

Wilt u dit bijzondere wapen eens van dichtbij bekijken? Klik hier voor een toegangskaart naar Bevrijdende Vleugels


 De V1 raket

Het is algemeen bekend dat nadat Hitler in Duitsland aan de macht kwam het land begon met het opbouwen van een militaire macht.                 Al in de jaren dertig was de Duitse wetenschapper Wernher von Braun bezig om een onbemand soort vliegtuig te ontwikkelen, aangedreven door een straalmotor.  Dit onbemande vliegtuig zou met een explosieve lading worden uitgerust en afgevuurd worden om de vijand te bombarderen. Toen deze vliegende bom klaar was om te worden ingezet was het Joseph Goebels die dit nieuwe wapen haar naam gaf: V1 waarbij de V staat voor "Vergeltungswaffen".  Het eerste type van de V1 had "slechts" een bereik van 240 kilometer, later kon de V1 een afstand van ongeveer 400 kilometer. overbruggen. De lancering van het 8 meter lange vliegtuig gebeurde met behulp van een katapult die op druk werd gezet met een generator en over een 46 meter lange baan werd weg geschoten. Een bougie ontstak de op kerosine werkende pulserende straal motor waarna de automatische piloot zijn werk deed en het vliegtuig piloot zelfstandig vloog. Vooraf werd de te overbruggen afstand berekend waarna de straalmotor dan ook stopte en de V1 neerstortte en haar vernietigende werk deed. Vooral Londen heeft het zwaar te verduren gehad omdat de Luftwaffe er niet in was geslaagd om de Britse RAF te verslaan tijdens de slag om Engeland. Maar ook Antwerpen ontkwam niet aan de bombardementen door de V1. Vanaf juni 1944 werden er 8000 V1`s voornamelijk richting Londen afgevuurd waarvan er 2300 hun doel bereikten. Gaande weg de oorlog werden deze vliegende bommen op een simpele maar doeltreffende manier uit hun koers gebracht door er met een vliegtuig langs te gaan vliegen werden de V1`s met de vleugel van het vliegtuig licht aangetikt onder hun eigen vleugel waardoor de V1 een andere richting opging. De V1 stortte weliswaar neer nadat het haar ingestelde kilometers had gevlogen maar kwam nu niet meer in het drukke Londen terecht. 

Wilt u deze V1 eens in het echt zien? Klik hier om een toegangsbewijs voor ons museum te verkrijgen. 


DE SUPERMARINE SPITFIRE

 

De Super Marine Spitfire is een tot de verbeelding sprekend legendarisch gevechtsvliegtuig van Britse makelij. Maar voor dit vliegtuig haar Iconische status bereikte ging er een hele lange weg aan ontwikkeling vooraf. Reeds in 1931 wilde het Air ministry een eendekker laten ontwikkelen en vliegtuigbouwer Reginald Mitchell kwam met een prototype onder de naam Type 224. Nadat het Air ministry dit prototype afkeurde bleef Mitchell volharden in het verbeteren van zijn ontwerp en kreeg hierbij de steun van de eigenaar van Supermarine, Vickers-Armstrong Ltd. Het nieuwe en verbeterede ontwerp had al een inklapbaar landingsgestel en zuurstof apparatuur, een gesloten cockpit en een andere motor. Toen in 1935 het Air ministry opnieuw te kennen gaf een eendekker te willen kwam de Supermarine in beeld. Echter was de eis dat het vliegtuig acht machinegeweren zou hebben en de Supermarine had er maar vier. Door de vleugels aan te passen naar het voorbeeld van de Duitse Heinkel kwam er ruimte vrij om vier extra machine geweren te installeren en toch haar fantastische vliegeigenschappen te bewaren. Op 5 maart 1936 maakte het vliegtuig als prototype T300 haar eerste vlucht. Het Air ministry was zo onder de indruk dat op 3 juni 1936 een order werd geplaatst voor 310 toestellen welke vanaf dat moment de naam Spitfire kreeg. Het toestel kreeg gedurende haar actieve tijd vele updates en aanpassingen en voor elke aangepaste uitvoering de toevoeging Mk (Mark) en een volgnummer. Het laatste toestel had als toevoeging Mk XXIV. Tot aan Mk XII maakten alle Spitfires gebruik van de Merlin-motor, die ook in het prototype werd ingebouwd. Iedere versie had ook een aantal verschillende wapensystemen. In 1942 kwam de Mk XII, in gebruik, die gebruik maakte van de Griffon-motor. Deze kwam echter pas in 1943 in volle dienst. De nieuwe versie had enkele belangrijke verbeteringen, zoals een grotere maximumsnelheid en een krachtige motor, die het toestond om tot 10.000 m (30.000 voet) te stijgen in minder dan acht minuten. Het grote probleem van de Spitfire was en bleef het feit dat de brandstoftanks en dus het vliegbereik onvoldoende waren voor langeafstandsvluchten. Uitsluitend de types gebruikt als verkenners kregen extra brandstoftanks, maar dit ging ten koste van de bewapening. Het vliegtuig heeft tijdens de slag om Engeland in 1940 tot aan het einde in 1945 een enorme status opgebouwd en is de geschiedenis ingegaan als een iconisch vliegtuig dat veel heeft bijgedragen aan de oorlog in de lucht.


De "Katyusha" BM13 meervoudige raketwerper

 

De Katyusha (Katjoesja) meervoudige raketwerper die door de Russen in de tweede wereldoorlog zo massaal werd ingezet kent in haar historie een lange ontwikkelingsfase. Tot op 21 juni 1941, enkele uren voor Duitsland Rusland zou binnen vallen,  dan eindelijk goedkeuring kwam en de Russen meteen bevel gaven om dit wapen in massaproductie te nemen. De naam BM13 werd al snel vervangen door Katjoesja. Er zijn meerdere verhalen over hoe het wapen aan haar naam kwam. Het door de Duitsers gevreesde wapen werd door hen al snel Stalin`s orgel genoemd. Wat ook logisch te verklaren is omdat men de beschieting voor meerdere Katjoesja`s bij elkaar een concert noemde vanwege de oorverdovende herrie die deze raketwerper maakte en de chaos die het op het slagveld kon veroorzaken. De raketten van 42 kilo zwaar hadden hun vuurdoop op 14 juli 1941 toen in de nabijheid van Orsha een station waar de vijand een grote concentratie mankracht, proviand en munitie had samen gebracht, onder vuur werd genomen door de eerste batterij Katjoesja`s. De chef van de Generale staf van de Wehrmacht, Franz Halder, omschreef deze eerste aanval met de Katjoesja`s als volgt:  "Op 14 juli, nabij Orsha, gebruikten de Russen tot nu toe onbekende wapens. Een vurige vlaag van granaten brandde het treinstation van Orsha af, allemaal treinen met personeel en militair materieel van de gearriveerde militaire eenheden. Het metaal smolt, de aarde verbrandde." Het wapen had niet alleen een vernietigende kracht maar zeer zeker ook een psychisch effect op de vijand. De Duitse soldaten gruwde als ze deze Stalin`s Orgels hoorde.

De bemanning van de auto (BM-13) bestond uit 5-7 personen.Het M-13-raketprojectiel bestond uit twee delen: een gevechts- en een straalpoedermotor. De kernkop, waarin zich een explosief en een contactontsteker bevond, doet sterk denken aan de kernkop van een conventioneel explosief fragmentatieprojectiel. De poedermotor van het M-13-projectiel bestond uit een kamer met een poederlading, een mondstuk, een speciaal rooster, stabilisatoren en een lont.

 


 Airspeed Horsa Assault Glider 

 

De Britse firma Airspeed kreeg eind 1940 van het Britse luchtvaartministerie de opdracht om een zweefvliegtuig te ontwikkelen dat kon worden ingezet bij militaire operaties. Reden voor deze opdracht was het succes dat de Duitsers hadden met hun zweefvliegtuigen, onder andere bij de slag om fort Eben-Emael. Het ministerie stelde eisen op waarop Airspeed aan moest voldoen bij het bouwen van het vliegtuig. Als eerste moest de bouw zoveel mogelijk gedaan worden door werkloze meubelmakers, als tweede moest het vliegtuig groot genoeg zijn om 24 tot 36 volledig bepakte soldaten kunnen vervoeren en als derde diende het toestel volledig uit hout te bestaan in verband met de schaarste van andere materialen. Airspeed bouwde, samen met 28 hoofd- en onderaannemers, in totaal 3750 in drie varianten. De AS51 Horsa Mk1, de AS52 en de AS58 Horsa Mk2. Van deze 3750 toestellen bleven er na de oorlog maar een paar toestellen over. De meeste crashten tijdens hun landing en soms, als de landing geslaagd was werden de achtergelaten toestellen gebruikt als noodwoning. Naast soldaten werden er ook kleine voertuigen mee naar het slagveld gebracht. Men kon het staartstuk van deze zweefvlieger snel en simpel in zijn geheel losmaken en zo het voertuig (of klein geschut) uitladen. Dit was bij de variant MK1 zo ontworpen. Bij de MK2 kon men de neussectie op klappen om zo het toestel te be- en ontladen.

  


Het FLAK 88 mm geschut

 

Het Duitse FLAK 88 mm kanon was misschien wel het geduchtste wapen tijdens de tweede wereldoorlog. Feitelijk is dit geschut een door ontwikkeling van een kanon wat in de eerste wereldoorlog door het Duitse leger is gebruikt. Bij de Reichswehr stond het kanon bekend als de FLAK 16. Er volgde nog enkele varianten totdat de uiteindelijke versie met succes werd ingezet tijdens de oorlog in Spanje. Naast de inzet als luchtdoel afweer werd het kanon ook ingezet als artillerie geschut en als anti tankwapen en werd het wapen als PAK betiteld Toen de Russen hun T34 tank op het slagveld brachten bleek de PAK het enige wapen dat door het pantser van de T34 kon dringen en ook door het pantser van de KV1. Vanwege het succes werd het zelfs in Duitse tanks gebouwd zoals het Jagdpanzer en later ook in de zware Tiger tank. Als FLAK geschut werd het bedient door gemiddeld 10 man. Een goed geoefende bemanning kon 15 tot 20 granaten van 10 kilo per minuut afvuren tot een hoogte van bijna 11 kilometer. Het kanon dwong respect af bij de geallieerden vanwege haar vernietigende kracht. In november 1944 werden bij een luchtaanval door de geallieerden op Merseburg alleen al 57 Amerikaanse B-17 bommenwerpers vernietigd of zwaar beschadigd door de FLAK.                                                                                                                                                                                                                                                                Wilt u dit gevreesde geschut eens in het echt zien? Toegangskaarten voor een bezoek aan ons museum kunt u hier bestellen. 


De Dakota C53

Het is moeilijk om te bepalen wat het meest iconische vliegtuig was uit de tweede wereldoorlog. Eigenlijk komen alle types vliegtuigen in aanmerking voor deze eretitel. Afhankelijk waar ze voor werden ingezet en welke bijdrage ze direct of indirect leverde aan de strijd. Voor de operatie Market Garden is het daarom voor ons de Douglas C53.  Zowel de C47 als de C53 hebben de Douglas DC3 passagiersvliegtuig als basis echter is de C47 bedoeld als transportvliegtuig. De C53 werd gebouwd als specifiek troepentransportvliegtuig. We kennen het toestel voornamelijk als het vliegtuig van waaruit 28 parachutisten sprongen achter de vijandelijke linies om vandaaruit slag te leveren en de weg vrij te maken voor de grondtroepen. Beide varianten kregen in Engeland de bijnaam "Dakota"

Het vliegtuig heeft een spanwijdte van 29 meter en een lengte van 19 meter.  2 Pratt & Whitney R-1830 Twin Wasp motoren zorgen voor een kruissnelheid van 370 km/uur en het toestel, leeg, had een bereik van ongeveer 2500 kilometer. De troepentransport variant is in een veel beperktere oplage gebouwd als de transportvariant en daardoor dus ook zeldzamer omdat dit type alleen in deze hoedanigheid werd ingezet voor de oorlog in Europa. Na de oorlog heeft de Dakota nog nog lang dienst gedaan in het Nederlandse leger, tot in de jaren zestig.                Ons toestel is toegankelijk zodat u als bezoeker een indruk krijgt hoe het was voor de para`s om op weg te gaan naar hun dropzone.

Wilt u deze zeldzame Dakota eens in het echt zien? Toegangskaarten voor een bezoek aan ons museum kunt u hier bestellen.